Menu Sluiten

Fieldlab 2.0 Identificatie Organische Stof

De vraag naar duurzame groeisubstraten, meststoffen en biostimulanten neemt toe. Er wordt gekeken naar nieuwe grondstoffen zoals in reststromen. Hiervoor is meer kennis nodig van organische stof.

Belemmering kringloop landbouw

Organische stof is een black-box en vormt een obstakel die brede implementaties voor de kringlooplandbouw kunnen belemmeren. Het bestaat uit een complex en divers mengsel van organische moleculen. Het wordt nu geanalyseerd als Totaal Organische Stof (OS), Vluchtige OS (VOC), Oplosbare OS, hoog- en laag moleculaire gewicht OS en humus-, humine- en fulvinezuren. Dat laatste is een arbitraire indeling op basis van oplosbaarheid onder zure/basische omstandigheden.

De waarde(n) van organische stoffen

Om meer vermarktbare producten te realiseren is er een meettechniek nodig waarmee organische stoffen verder kunnen worden gekarakteriseerd. Ons fieldlab SCFF in Delfgauw heeft al de beschikking over diverse laboratorium instrumenten (GC/LC/MS), kassen en klimaatkamers.

De basis voor de analyse bestaat uit groeiproeven met planten en het fractioneren van organische stof. Hierdoor kan het effect van verschillende fracties op de groei van de plant bepaald worden. Vervolgens kan de fractie met de beste eigenschappen worden geanalyseerd op het laboratorium.

Innovatieve meetmethoden

Om het organisch materiaal te kunnen onderzoeken is er een QTOF nodig. Dit is kostbaar en een state-of-the-art instrument waarmee functionele organische stoffen onderzocht kunnen worden op samenstelling. Hiermee kan ons ecosysteem aan (MKB) bedrijven aan de slag met het identificeren van functionele stoffen, zoals meststoffen, biostimulanten en bestanddelen voor nieuwe groeisubstraten.

Achtergrond

Per jaar komt er naar schatting ~200 kton aan organische reststromen vrij uit de kassen, met naar schatting ~148 kton van glasgroenten en ~63 kton van sierteelt en ~9 kton van overige, met name uit Zuid-, en Noord Holland. Naast deze organische restromen wordt ook ~100 kton lokaal geproduceerd maaisel van natuurgebieden en waterschappen.

Het restafval dat geproduceerd wordt door glastuinbouwbedrijven bedrijven in Zuid Holland wordt laagwaardig gewaardeerd in de vorm van compostering, terwijl er kansen zijn voor opwaardering. Bij de conventionele compostering wordt namelijk 50% van de vezels afgebroken en vindt er uitstoot van warmte en CO2 (en methaan uit anaerobe pockets) plaats. Nederland is één van de grootste minerale meststofproducenten in Europa.

De Nederlandse producenten hebben ongeveer 1000 m3 aardgas nodig om 1 ton NH3 minerale meststof te produceren en dit resulteert in een verbruik van 2% van de totale gasconsumptie (2,6 milj3 m3). Daarnaast worden in de nabije toekomst fosfaat (kritieke grondstof) beperkend. In het EU Farm2Fork strategie is afgesproken dat er in 2030 een 50% reductie is van pesticiden, nutriënten verlies en 20% gebruik van minerale meststof, en dat 25% van het EU landbouw gebruik moet maken van organische meststof.

Figuur 1. Overzicht van NFT systeem in Delfgauw met sla. Linker rij heeft organische meststoffen en rechter rij synthetisch. Linker rij heeft 30% meer productie met hetzelfde hoeveelheid nutriënten. In de organische meststof zijn onbekende verbindingen aanwezig die leiden tot een hogere productie.

Voorbeelden

Opwaardering van reststromen kan door omzetting naar waardevolle organische meststoffen; nieuwe duurzame groeisubstraten voor o.a. potplanten/bomenteelt in potten; fractionering naar biostimulanten (groeiverbeteraars) en als basis voor de ziekteweerbare bodem (grondgebonden glasteelt en akkerbouw) door gewasbescherming met vluchtige OS en door sturing met OS op de microbiologie, medicinale toepassing (biofarma).

Ontdek de waarde(n) van ons fieldlab

Neem dan contact met ons op en overleg met onze collega’s dr. Faezeh Nami of dr. Teus Luijendijk. Of bel met +31(0)15 257 25 11.

Het fieldlab wordt medegefinancierd door de Europese Unie en uitgevoerd binnen Kansen voor West 3 van de Provincie Zuid Holland